Een van de mooie kanten van de katholieke kerk vind ik, dat het een wereldkerk is. Of ik nu in Nederland naar de kerk ga, in Indonesië, Mexico of Portugal – ook al versta ik de taal niet – ik kan het volgen. Want de liturgie is overal ongeveer hetzelfde. En waar het soms afwijkt, veer ik op, omdat ik geprikkeld word. ‘Oh, ja. Zo kan het ook’ of ‘Tsjonge, wat inspirerend, wat mooi!’.
Dat je overal in de wereld zomaar een kerk binnen kunt lopen en met de plaatselijke gemeenschap en mensen mee kunt vieren geeft een enorme verbondenheid. Ook al leven we heel verschillende levens, we horen bij elkaar. Dat is een grote kracht van onze kerk.
In het klein geldt dat natuurlijk ook voor als wij hier in onze eigen kerk vieren.
Sta je er wel eens bij stil, hoe bijzonder het is, dat we met zoveel verschillende mensen – ieder met hun eigen achtergrond – aan één tafel zitten? Als broeders en zusters, zeggen we dan in kerkelijke taal.
Als we die droom meenemen het gewone leven in, dan kan het toch niet anders, of dat moet je veranderen én openen én nieuwsgierig maken naar de mensen, die je op je levensweg ontmoet?!
In het evangelie van zondag 7 november horen we, dat Jezus vlak voor zijn hemelvaart zijn leerlingen de opdracht geeft uit te gaan over heel de wereld en zijn blijde boodschap aan heel de schepping te verkondigen.
Dat is ze dus aardig gelukt!
Reacties
Er zijn nog geen reacties op deze blog